maandag 31 juli 2023

Verliefd

 

Het speelt zich vijftig jaar geleden af op een zondagmorgen in de Grote Kerk op de Kerkstraat in Hoogeveen. Ik ben vijftien jaar en een jaar eerder was ik met mijn vader en moeder en vier zusjes van Nunspeet op de Veluwe naar het Drentse Hoogeveen verhuisd. In Nunspeet hadden we als domineesdochters altijd pal vooraan op de ‘domineesbank’ gezeten, met andere domineesvrouwen en hun kinderen. In Hoogeveen was niet zo’n bank en als die er was zou ik hem geweigerd hebben. Ik was geen kind meer dat aan de leiband van mijn moeder naar de kerk ging. Ik zat in de kerk omdat het moest, maar ik koos zelf de plek waar ik wilde zitten, het liefst ergens achteraan, niet opvallend. Het laatste wat ik wilde was geassocieerd worden met de dominee die vooraan op de hoge, roodbruin geverfde, preekstoel stond te oreren.

Mijn vader las elke zondagmorgen hardop de Tien Geboden voor en dat was een wekelijkse confrontatie: ’Gij zult niet begeren…’ Ik begeerde nogal veel en begreep intussen dat dat goed fout was. Soms voegde mijn vader er als kers op de taart aan toe: ‘En één van hen, een wetgeleerde, vroeg om Hem te verzoeken, Meester wat is het grootste gebod in de wet?’ Jezus’ antwoord had ik inmiddels ook vaak gehoord maar sinds onze verhuizing naar Hoogeveen luisterde ik er met andere oren naar. ’Het grootste gebod is om de Here uw God lief te hebben met geheel uw hart, geheel uw ziel en geheel uw verstand en uw naaste als uzelf.’  En wat me in Nunspeet nooit was overkomen gebeurde nu, bij ‘liefhebben met geheel uw hart’ begon ik steeds spontaan te blozen. Want er was iemand die ik liefhad met mijn hele hart: een jongen uit zes gymnasium. Ik zat zelf in de derde, was te bleu om het aan iemand te vertellen, laat staan aan hemzelf, maar het hield me dag en nacht bezig. Ik geloof dat ik hem liefhad met geheel mijn hart en geheel mijn ziel en geheel mijn verstand.

En nu beweerde mijn vader dat ik de Here God op die manier zou moeten liefhebben. De Here God bij wie ik me helemaal niemand kon voorstellen. Mijn geliefde was een jongen van vlees en bloed met donkere krullen en een lach op zijn gezicht. Alleen al door aan hem te denken werd ik warm van binnen. En dat was dus goed fout…                                                               (Wordt vervolgd)

maandag 24 juli 2023

Wie niet werkt, die...

 

‘Wie niet werkt zal ook niet eten’ is de slogan van Mieke. Ze groeide in de Noordoostpolder op een boerderij op en werken werd haar met de paplepel ingegoten. Toen ze zelf een man kreeg die maar moeilijk een baan kon vinden deinsde ze er niet voor terug om kostwinster te zijn. Mensen die leven van een uitkering, om wat voor reden dan ook, verdraagt ze maar moeilijk: ‘Wie niet werkt, zal ook niet eten.’

In Kenia was en is nog steeds een enorme werkloosheid. Veel mensen zouden graag willen werken, maar er is geen werk en dus ook geen eten. Niemand krijgt daar een uitkering, ook zwaar gehandicapte mensen niet en dus zijn ze afhankelijk van familie en vrienden. Nederland is nog steeds een verzorgingsstaat en ik geloof dat we daar dankbaar voor mogen zijn. Hier hebben we inmiddels een andere slogan: ’Wie niet werkt, wordt niet voor vol aangezien’. Werk geeft status. Vrouwen die hun baan opgeven om voor het gezin te zorgen tellen niet echt mee. Nu zijn er uiteraard vrouwen die moeten werken omdat het gezin anders tekort komt, maar vrouwen die bij hun gezin blijven weten het: ’Wie niet werkt kan niet (zo vaak) op vakantie…’

‘Ik heb op aarde uw grootheid getoond door het werk te volbrengen dat U mij opgedragen hebt’, sprak Jezus vlak voor hij de aarde verliet.* Die zin raakte me. Hij sprak over zichzelf maar voor zijn volgelingen zit er ook een boodschap in.

-      Jezus was op de eer van zijn Vader gericht in alles wat Hij deed.

-      Hij deed alleen dat wat de Vader Hem had opgedragen.

Nu kun je je afvragen: wat voor werk deed Hij dan? Hij had de timmermanswerkplaats verlaten en trok rond door het land. Maar tijdens dat rondtrekken hield hij toespraken waar mensen enorm door geraakt werden en genas hij her en der allerlei mensen van vreselijke ziektes. Dat was dus het werk dat Hij van de Vader had gekregen: Jezus was tot zegen voor anderen en daarmee eerde Hij de Vader. In één van zijn toespraken, die op de Bergrede, zegt Hij dat de slogan ‘Wie niet werkt zal ook niet eten’, niet waar is, want: ’Vraag je niet bezorgd af: Wat zullen we eten of wat zullen we drinken maar zoek liever eerst het Koninkrijk van God, dan zullen al die andere dingen je erbij gegeven worden.’ 

* Johannes 17:4 

maandag 17 juli 2023

Voor altijd slaaf

 

Ik kreeg nog nooit eerder zo weinig reacties op een blogje als op het laatste. Meestal heb ik niets te klagen en verschijnen er na publicatie duimpjes en hartjes. (Dat laatste beschouw ik als een compliment) Maar ‘slavernijverleden’ spreekt blijkbaar tot niemands verbeelding. Toch waag ik me er nog een keer aan want ik stuit er steeds weer op, niet alleen in de huidige media ook in… de bijbel!

‘Jezus legde zijn bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de voeten van zijn leerlingen te wassen, en droogde ze af met de doek die Hij omgeslagen had. Toen Hij bij Simon Petrus kwam, zei deze: ’U wilt toch niet mijn voeten wassen, Heer?’ In die dagen waste je je voeten zelf als je arm was, rijken lieten hun voeten wassen door een slaaf. Jezus gedraagt zich dus als een slaaf en dat gaat Petrus te ver: ‘O nee’, zei Petrus, ‘mijn voeten zult U niet wassen, nooit!’

Petrus lijkt wel een moderne Nederlander,  tegen elke vorm van slavernij. Nederlanders willen zelf geen slaaf zijn (‘Better dea as slaaf’ zeggen Friezen) en ze willen ook niemand tot slaaf maken, zoals dat in het verleden helaas wel gebeurde. Maar Jezus heeft daar geen enkele moeite mee! ‘Begrijpen jullie wat Ik gedaan heb?’, vroeg Hij….Ik heb een voorbeeld gegeven; wat Ik voor jullie gedaan heb, moeten jullie ook doen.’ Zo, die zit! Jezus stelt zich als een slaaf op naar zijn leerlingen en Hij verwacht dat ze dat ook naar elkaar zullen doen. Dit is toch wel even iets om je achter de oren te krabben. Wil Jezus mensen tot slaaf maken? (Daar zijn we toch eindelijk van af?) Ik geloof dat Jezus wist dat deze vraag vroeg of laat zou komen, want een eindje verderop zegt Hij: ‘Ik noem jullie geen slaven meer, want een slaaf weet niet wat zijn meester doet, vrienden noem ik jullie, omdat Ik alles wat Ik van de Vader gehoord heb, aan jullie bekend gemaakt heb.’

‘Ik noem jullie mijn vrienden, en toch wil ik dat jullie je als slaaf gedragen.’ Jezus maakt niemand tot slaaf, maar hij verwacht wel dat zijn volgelingen zich als slaven zullen gedragen. Niet als iets dat hen van boven af wordt opgelegd maar als iets waar zij van harte zelf voor kiezen. Net zoals hij dat deed.

maandag 10 juli 2023

Het slavernijverleden

 

7 juli is een familiedatum in de familie van mijn vader, want het was de verjaardag van zijn moeder, mijn oma. Dan kwamen we allemaal samen als neven en nichten, ooms en tantes. Die oma is al lang overleden, 7 juli zit nog steeds in mijn hoofd als een feestelijk begin van de zomer.

7 Juli 2023 zal de geschiedenis ingaan als de val van kabinet Rutte IV. En opeens is het geen komkommertijd meer op radio en tv. Helemaal nu premier Rutte heeft bekend gemaakt dat hij gaat aftreden zijn politieke programma’s populair bij iedereen. En daarmee heeft de gebeurtenis van 7 juli, 1 juli opeens naar de achtergrond geschoven. Maar mijn blogje over 1 juli lag al klaar, dus ik heb alleen dit begin veranderd.

Voor wie vergeten is wat er voor belangrijks is aan 1 juli: Op 1 juli was het honderdvijftig jaar geleden dat aan slavernij in het toenmalige Koninkrijk der Nederlanden een einde kwam. (Die slavernij was al tien jaar eerder op papier afgeschaft, de uitwerking van zoiets heeft altijd meer tijd nodig.) 1 juli is nu officieel ‘Keti koti – dag’. Bevrijdingsdag voor de slaven: de keti (=ketenen) werden koti (= verbroken). Nu is ‘Ons Nederlandse slavernijverleden’ een term die ver van mij afstaat. Het enige dat ik als kind meekreeg over slavernij was ‘De negerhut van oom Tom’. Het woord ‘neger’ mocht je in mijn jeugd hardop uitspreken, ik was zwaar onder de indruk van de zwarte oom Tom en het akelige van zijn leven.

Toen wijzelf in Kenia een ‘housegirl’ in huis kregen (iets wat van blanke expats verwacht werd) klonk dat woord verdacht veel op ‘slaaf’ en dat was uiteraard het laatste wat ik wilde. (Voor mij hoefde een dagelijkse hulp in de huishouding helemaal niet, maar in Kenia kijken ze daar anders tegen aan, housegirl is een gewild beroep.) Dus kwam het voor dat ik tegen Jacinta zei, als ze de koffiekopjes van de tafel naar de keuken bracht: ’Dat hoef je niet te doen hoor, dat kan ik zelf ook wel’ en dat ze dan bijna met tranen in haar ogen zei: ’Dus je vindt dat ik het niet goed doe?’ Waarmee ik maar zeggen wil dat aan ‘afschaffen van een slavernijverleden’ heel veel kanten zitten. Mijn housegirl wilde niets liever dan de hele dag mij uit eigen beweging, van harte dienen. Het enige dat zij van mij verlangde was respect en dankbaarheid.  

maandag 3 juli 2023

In the pocket

 

Wanneer je meer dan tien jaar niet in Nederland gewoond hebt moet je bij terugkomst veel dingen aanleren en ben je vergeten ‘hoe onze manieren zijn’. Zo verging het mij toen ik op een vroege morgen in juni 2009 in Leusden op de fiets naar de winkel ging. Fietsend door het leven gaan hoort bij onze manieren, ik was het  genoegen daarvan helemaal vergeten, maar opeens remde ik af: wat hing daar aan een vlaggenstok van een huis? Geen vlag maar één of ander vreemd bundeltje. Het was nog vroeg in de morgen en ik zag niemand op straat om het te vragen dus ik fietste verder maar wat schetste mijn verbazing: overal hingen rugzakken aan vlaggenstokken. Was het vandaag misschien een feestdag die mij ontgaan was?

‘Veel leerlingen kregen vandaag te horen of ze geslaagd waren’, vertelde de NOS ons die avond en opeens wist ik het: het waren lege schooltassen die daar triomfantelijk hingen. Aan het einde van de week hingen ze er nog steeds, sommige tassen waren inmiddels verregend maar wat deed dat er toe? Die tassen waren niet meer nodig, fietsen naar school was niet meer nodig, want ‘het diploma was ‘in the pocket.’ Nu verbaas ik me al jaren over die uitdrukking. Want door het hele jaar heen klinkt het: ’Hij of zij heeft dit of dat in the pocket’. Het is het Engels voor ‘in zijn zak’. Jaszak of broekzak, het doet er niet toe, het zit er in en het blijft er in. Niet alleen diploma’s, ook mooie herinneringen: ’dit of dat wat we meemaakten ‘kan niemand ons meer afnemen’, synoniem voor ‘in the pocket’.

Komt het door die jaren in arm Afrika dat ik een beetje allergisch ben voor die bezitterige termen? In Kenia waren (en zijn) veel mensen die niet eens een pocket hebben, laat staat iets in die pocket. Dat zijn mensen die elke dag alleen maar kunnen hopen op iets goeds. Veel van hen houden daarbij bewust rekening met de Degene die bij machte is ieder mens op elk moment iets goeds te geven. God zij dank heeft Hij met name op mensen die helemaal niks in the pocket hebben een oogje.