maandag 18 september 2023

Aan alles komt een eind...

“Tweehonderd euro is het totale bedrag dat u vandaag kunt pinnen”, het scherm van de pinautomaat weigerde te voldoen aan mijn verzoek om tweehonderdvijftig. Zou het aan mijn nieuwe RABO-bank pasje liggen? Nog maar een keer proberen, misschien had ik iets over het hoofd gezien.

“Kinne jo gjin jild krije?”, de vrouwenstem hield gelukkig de vereiste afstand want ik was niet in de stemming om haar vraag te beantwoorden. In Leusden had ik volkomen anoniem met mijn karretje door Albert Heijn kunnen schuifelen. Hier kreeg ik op de meest onverwachte momenten een schouderklopje. Gisteren nog: met een stralend gezicht had een bejaarde man me midden in de supermarkt aangesproken met: ”Ha, u kent mij niet, maar ik u wel!” Iedereen in het dorp wist inmiddels wie ik was, voor mij zou het veel langer duren om gezichten te onderscheiden en namen te kennen.

“Het heeft tijd nodig hoor”, dezelfde vrouwenstem ging over in het Nederlands. Had ze aangevoeld dat ik moe was van alle veranderingen? Ze keek naar me op met ogen die een praatje verwachten. “Nou, ik geniet er best van om hier te wonen hoor”, ik hoopte dat dit joviaal genoeg klonk.

Maar zij fronste haar wenkbrauwen: “Ik bedoel eigenlijk dat wij als Westereenders tijd nodig hebben. Het is een grote overgang voor ons, de vorige dominee was zo heel anders en die heeft hier elf jaar gewoond. Maar ik zeg tegen iedereen: ”We moeten deze mensen ook een kans geven, over een half jaar zijn we waarschijnlijk wel gewend.” 

Wie dit leest denkt misschien dat ik per ongeluk een ‘oud’ blogje postte. Ik schreef dit inderdaad, om precies te zijn, zeven jaar geleden. Op 21 september 2016, was dit mijn allereerste blogje  in de Westereen. Alles was nieuw voor ons en voor de gemeente. Maar inmiddels zijn we ingeburgerd. Echte Westereenders zullen we nooit worden, dat geboorterecht hebben we niet, maar we voelen ons hier thuis. 7 is een bijbels getal, in die jaren schreef ik 366 blogjes en werden die al met al 90.241 keer gelezen. Vorige week bedacht ik dat het nu wel welletjes is. Ik heb bovendien een nieuwe opdracht: mensen bezoeken en me trainen in luisteren naar verhalen van anderen.

 Mijn vele trouwe lezers bedank ik heel hartelijk voor hun fijne reacties, zeven jaar lang! Al die 366 blogjes zijn te lezen via margrietterlouw.blogspot.com  Oost West-ereen Best


maandag 11 september 2023

Zelfhulpboek

 

Een ‘Zelfhulpboek’, wie heeft er op zijn minst niet eentje in huis? Sinds Thomas Harris in de jaren zestig ‘Ik ben o.k., jij bent o.k.’ schreef rijst het schrijven en de verkoop van zelfhulpboeken de pan uit. In de hele wereld en dus ook in Nederland. Thomas Harris voelde de tijdgeest van de jaren 60 goed aan: mensen kregen steeds minder boodschap aan kerk en geloof. Dat had een reden: velen hadden als enige les uit de kerk meegekregen dat ze allesbehalve o.k. waren. ‘Een mens is vanuit zichzelf geneigd tot alle kwaad’, staat in de Nederlandse Geloofsbelijdenis. En dat wilden mannen en vrouwen niet meer horen in de Flower Power tijd. ‘Baas in eigen buik’, riepen de Dolle Mina’s. Ik was een lagere schoolmeisje en begreep het niet echt. Dat kwam later toen ik ging studeren en ook zelf afscheid nam van de kerk. Ook ik voelde mezelf heel erg o.k. en had geen behoefte aan die strenge taal van de kerk. 

‘Mijn oma had helemaal geen boeken in huis, geen enkel zelfhulpboek, die had alleen de bijbel en dat ook nog in de Statenvertaling’, vertelde een kennis me onlangs. ‘Wat een moeilijk leven heeft ze gehad’, ging ze verder. ‘Alleen de bijbel’: het had laatdunkend geklonken maar ik ging erover nadenken. Het woord Bijbel is afgeleid van ‘Biblia’ wat ‘boeken’ betekent. De bijbel is een bibliotheek van 66 boeken, geschreven door veel verschillende schrijvers in de loop van vele eeuwen met een veelvoud aan onderwerpen. De rode draad in al die 66 boeken is hoe en waarom God -de Schepper van het grote heelal- ieder mens in dit heelal op het oog heeft. De mens is Gods grootste creatie en Hij wil niets liever dan die creatie helpen om tot bloei te komen.

    In ons huis aan de Patorijloane wemelt het van de boeken, ook van de zelfhulpboeken, wij zijn kinderen van onze tijd. Maar het belangrijkste boek is en blijft die bijbel. Op elke bladzijde van die bijbel is het alsof God fluistert: 'Ik ben er om je te helpen, je hoeft het niet alleen te doen, je kunt jezelf niet helpen.' De bijbel is ons 'God is mijn hulp boek'. 

maandag 4 september 2023

Handelingen (der apostelen)

 

Vanaf mijn twintigste ging ik echt in de bijbel lezen. Met ‘echt’ bedoel ik: in het geloof dat Jezus leeft en tussen de regels van de bijbel door contact met mij wil hebben. Dat was destijds voor mij een volkomen nieuwe gedachte die stukje bij beetje ging leven. Eerlijk gezegd had ik tot dan toe nog nooit voor mezelf in de bijbel gelezen. Ik had de verhalen uit de kinderbijbel gehoord en mijn vader las dagelijks voor uit de bijbel na het avondeten. Sommige verhalen moet ik tientallen keren gehoord hebben. Maar nadat ik ‘ja, ik wil graag een relatie met U hebben, ik wil U volgen’ uitgesproken had begon ik nieuwsgierig te worden. Had Jezus destijds aan zijn volgelingen opdrachten gegeven die nu ook nog voor mij golden?

‘Weid mijn schapen, hoed mijn lammeren’, zei Jezus tegen Petrus. Daar kon ik me wel iets bij voorstellen: ’Zet je in voor andere volgelingen’, concludeerde ik en om die reden ging ik vaker naar de kerk want daar kon ik  andere volgelingen ontmoeten. Verder kocht ik een schrift waar ik elke dag iets opschreef dat me geraakt had in de bijbel. Ik las dat Paulus na zijn bekering bad: ’Heer, wie bent U en wat wilt U dat ik doe?’ en die twee vragen zette ik bovenaan de pagina van een nieuwe dag. Ik voelde dat ik nog maar zo weinig wist van wie Jezus echt is. Dan las ik een stukje in de bijbel (ik ging gewoon door een bepaald Bijbelboek heen) en probeerde antwoord op die twee vragen te vinden. En dat doe ik nog steeds. Soms heel nauwgezet, dag voor dag. Ander keren af en toe. Maar steeds voelt het alsof ik Jezus echt ontmoet en als ik ga doen wat Hij vraagt verwonder ik me altijd weer.

Momenteel lees ik in Handelingen en deze week stuitte ik op Handelingen 10, het verhaal van Cornelius die Petrus uitnodigt nadat hij een visioen kreeg. (Petrus die toevallig - maar toeval bestaat niet bij God - net gehoord had dat hij zich voor heidenen moest openstellen.) Dat verhaal heb ik al zo vaak gelezen dat ik het bijna wilde overslaan. Gelukkig deed ik dat niet en wat me deze keer raakte was dit: ’Cornelius was een gelovig man die veel geld aan het volk gaf en geregeld tot God bad.’ En nu denk ik daar al heel veel dagen over na: Hoe geregeld bid ík tot God en hoeveel geef ík weg aan de armen? Handel ik werkelijk als een echte apostel?