Als
ik, om wat voor reden dan ook, een bemoediging nodig heb grijp ik vaak naar de
bijbel. En dan is er één gedeelte dat me altijd weer een hart onder de riem
steekt: het begin van Jesaja 43. ‘Vrees niet, want Ik heb je verlost, Ik heb
je bij je naam geroepen, je bent van Mij.’ Het is de Here God die aan het
woord is tegen Israël, dat kleine volkje te midden van de grootmachten in het
Midden Oosten. Ik pas de tekst altijd toe op mezelf, een nietig mensje dat het
soms moeilijk vindt om zich staande te houden. En elke keer weer fluistert dit
gedeelte me toe dat ik er niet alleen voor sta, dat de Here God me zal helpen
en ik dwars door allerlei beproevingen staande zal blijven.
Vorige week was het opnieuw zover. Ik
was net wakker en met een slaperig hoofd las ik ‘omdat je kwetsbaar bent in
mijn ogen…’ Ik knipperde met mijn eigen ogen: stond dat daar echt? Wist God
hoe kwetsbaar ik me voelde? Waarom had ik dat nog nooit eerder gelezen? Toen
mijn ogen opnieuw over de pagina gingen schoot ik in de lach. ‘Omdat je
kostbaar bent in mijn ogen’, las ik. Er staat niet kwetsbaar, maar kostbaar
en met maar een paar letters verschil, is dat een heel ander woord. Of toch
niet? Wat kostbaar is, is ook vaak kwetsbaar. ‘Voorzichtig!’, riep mijn moeder
als ik haar kostbare beeldjes afstofte. Die beeldjes hadden haar veel gekost,
ze mochten niet breken.
Wanneer ik me klein en kwetsbaar voel, zoals deze morgen, zie ik daar niks kostbaars in. Kostbaar voel ik me op grootse dagen als ik het leven aan kan. Maar de God van de bijbel ziet dat blijkbaar anders. Kleine en kwetsbare mensen zijn kostbaar voor Hem omdat juist zij wijd open staan voor de hulp en bescherming die Hij wil geven aan wie vraagt, zoekt en klopt…