maandag 14 augustus 2023

Verliefd (3)

 

Het kwam binnen als een bliksemschicht en als het suizen van een zachte koelte: God wil in de eerste plaats dat ik Hem van Hem houd en ik mag er van overtuigd zijn dat Hij van mij houdt. Daar stond ik dan koffie te drinken in de Nieuwe Kerk, het was er niet meer stil, de dienst was voorbij, de mensen praatten en lachten. Maar ikzelf was nog steeds een beetje verdwaasd: dus God houdt van mij?

Ik was twintig en hield niet van mezelf. Ik vond mezelf te dik, te lawaaiig, te vol van allerlei ergernissen, bepaald niet een liefdevolle persoon. Niet naar andere mensen toe in elk geval. En nu had God gefluisterd: Ik houd van jou. Dus God keek voorbij dat lawaaiige en dat praterige? Had God daar geen moeite mee? ‘Hallo, ik heb je inmiddels al een paar keer hier gezien, ik ben Marjan, ben je lid van onze gemeente?’ Een jonge vrouw met een blond bobkapsel, hele lichtblauwe ogen en een zwierige bloemetjes rok sprak me aan. ‘Uh, nee’, stamelde ik. ‘Nou ja, vind je het leuk om bij mij te lunchen of heb je daar geen tijd voor?’ Dat was me nog nooit overkomen als student, een wildvreemde die me uitnodigde bij haar thuis. Als het niet een kerkganger was had ik misschien bedenkingen gehad, maar die zwierige bloemetjes jurk en stralende ogen verjoegen elke twijfel. 

‘Je vindt het dus wel leuk in onze kerk?’, vroeg Marjan in haar huis. Ik knikte en zij zei: ’Ik dank de heer elke zondag als ik thuiskom van de dienst.’ ‘Welke heer?’, vroeg ik verbaasd. Even leek het alsof Marjan van haar stuk gebracht was, of verbeeldde ik me dat? Ze stond op en liep naar de keuken en toen ze terugkwam met iets voor de lunch vroeg ze: ’Weet je echt niet wie ik bedoelde?’ Ik schudde mijn hoofd. ‘Maar je vader is toch dominee, preekte die nooit over de Here Jezus?’, Marjan hield voet bij stuk. ‘O, bedoel je die?’, zei ik, ‘dat is de zoon van God die voor de zonden van de wereld gestorven is, dat noemt hij heel vaak, maar ik ben niet een grote zondaar, dus dat boeit me niet echt.’

Marjan ging weer bij de tafel zitten en ik keek recht in die grote lichtblauwe ogen. Had ze er spijt van dat ze met uitgenodigd had?         (Wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten