“Heb
je ’t al gehoord, Noach bouwt een boot, kom maar gauw aan boord hij is
reuzegroot, doet wat hij je zegt, anders kom je om, recht is recht en krom is krom.
Kom aan boord, kom aan boord!” Elly en Rikkert: een lied met timmergeluid op de
achtergrond. ‘Kom uít de ark’ is de titel van de preek van Reinder de Roos die
ik vanmorgen op de camping voor de caravan beluisterde. Nadat Noach voor meer
dan een half jaar in de ark had gezeten, brak de tijd aan dat hij de ark uit
moest.
We
zitten een paar dagen op een camping in het midden van het land, niet om
vakantie te vieren, maar als eerste stap in ons nieuwe leven. Bij werken in
Utrecht vanaf 1 september hoort wonen in de buurt van Utrecht. En daar hoort
weer een huis bij. Maar een huis kopen ergens rond Utrecht is makkelijker
gezegd dan gedaan, zelfs als je over veel
geld beschikt. Dat doen we niet, dus ik ben voorbereid op alles. Het is
de eerste stap die we zetten uit de veilige ark van de Westereen. Het is spannend.
Voor
Noach moet het ongelooflijk spannend geweest zijn om met zijn gezin helemaal
opnieuw op een lege aarde te beginnen. Voor Bernard en mij geldt hetzelfde. Het
is avontuurlijk, maar voelt ook een beetje angstig. In de Westereen wisten we wat
en wie we hadden en waar we aan toe waren. Het was prachtig om op het pleintje
van de Balstien te wonen waar we bijna iedereen kenden. Het grote onbekende overvalt
me soms midden in de nacht. Dan kan ik er niet van slapen. En dan helpt me zo’n
preek over Noach die ook de opdracht kreeg om met God het onbekende tegemoet te
gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten