maandag 26 juli 2021

Bijbelkennis versus zelfkennis

 

Er zijn mensen die schermen met hun Bijbelkennis: ‘Ik heb de bijbel al vier keer van begin tot einde gelezen’. Je hebt ook mensen die niet zichzelf maar anderen roemen: ’Die man, of vrouw heeft zoveel Bijbelkennis, daar kun je echt veel van leren.’ En je hebt mensen die ‘met de bijbel zijn opgevoed’. Die hebben veel kennis omdat hun ouders na tafel uit de bijbel voorlazen. En wat je als kind leert dat onthoud je goed. Zulke mensen zullen dus altijd hoog scoren bij een bijbelquiz. Ik ben ook ‘met de bijbel opgevoed’ en hoorde de verhalen uit het Oude en Nieuwe Testament van jongs af aan. Toch scoor ik altijd laag bij een bijbelquiz. Ik lees nu eenmaal meer in het Nieuwe dan in het Oude Testament.  Ik meende overigens wel dat ik best veel kennis van het Nieuw Testament heb. Vanaf Mattheus tot en met Openbaring lees ik het vaak en ik heb mezelf aangeleerd om dagelijks het Onze Vader te bidden.

 Zoals vorige week in Frankrijk. Maar toen ik beland was bij het ’en vergeef ons onze schulden gelijk wij ook vergeven onze schuldenaren’, ging er een schok door me heen. ‘Onze schulden’: mijn eigen schulden: hoe vaak denk ik daar eigenlijk over na sinds ik tot bekering gekomen ben? De schuld(en) van anderen heb ik altijd breed en duidelijk op mijn netvlies: ’Aan die mankeert dat en aan die dat’. Maar mijn eigen schuld? Verbeeld ik me dat ik volmaakt ben? Iemand zonder schulden? Na het ‘geef ons heden ons dagelijks brood’ komt het ‘en vergeef ons onze schulden’. Jezus wil blijkbaar dat iemand dagelijks stilstaat bij zijn eigen tekortkomingen. Als ik mezelf verbeeld het Nieuwe Testament goed te kennen, zonder dat ik mezelf echt ken, wat stelt het dan allemaal voor?

zondag 18 juli 2021

Schaamte

 

Herken je het volgende? Je verheugt je weken op je vakantie. Even eruit. Even niet het normale gedoe aan je hoofd. Even niks doen. Even alleen maar doen waar je zin in hebt. Je vertrekt vol verwachting. De eerste dagen op de plaats van bestemming moet je bijslapen. Dan doe je dus echt niks. Het kan je allemaal gestolen worden. Daarna, als de eerste vermoeidheid verdwenen is, wil je ‘er op uit’. Je zit notabene in Frankrijk, mooiste vakantieland van de wereld, vol prachtige bezienswaardigheden. Je wilt daar in elk geval iets van zien voor de vakantie om is.

Maar dan gaat het regenen. Niet een paar uurtjes. Niet  een dagdeel. Niet een hele dag. Maar een paar dagen. Net als jij van plan bent om er op uit te gaan is dat onmogelijk vanwege de zware regenval. Je zomerjurk met blote mouwen kan in de koffer blijven want de temperatuur is gedaald. Met het dalen van de temperatuur daalt ook je stemming. Je beseft dat de vakantie al langer dan een week duurt maar dat Frankrijk nog nauwelijks iets van haar schoonheid aan jou onthuld heeft. Je vindt dat je het afgelopen jaar genoeg regen hebt gehad in Nederland. Daarvoor was je toch niet naar Frankrijk gekomen?

En dan besluit je man dat het tijd is om eens naar het nieuws in Nederland te kijken. En jij kijkt over zijn schouder mee op zijn laptop. Samen zie je hoe in Limburg huizen onderlopen door de overstroming van de Maas en hoe in Duitsland mensen op de daken van hun huis zwaaien naar reddingshelikopters. Je beseft dat er zich een ramp voltrekt in vele levens op het moment dat jij zit te mokken over een vakantie die een (regen)tikje anders verloopt dan je hoopte.

En je voelt je beschaamd…

maandag 12 juli 2021

Vakantie

 

‘Ik moet maandag wel eerst mijn blogje schrijven hoor’. Op zondag zitten Bernard en ik op de veranda van onze gîte te overleggen wat we morgen -vandaag- gaan doen. Maandag is een rustdag voor de renners van de Tour de France, dus ‘naar de Tour de France kijken’ kan van het lijstje geschrapt worden. Afgelopen zaterdag schrapten we dat ook omdat ik graag zelf in de auto wilde toeren door de vallei van de Dordogne. Met ‘en passant’ twee bezoeken aan respectievelijk een klein en een groot kasteel was ook die dag in een oogwenk voorbij. Bernard moest notabene via de Whatsapp van zijn ouders horen dat Bauke Mollema de etappe won.

Maar maandag hebben de renners vrij en wij dus ook. Op het schrijven van dat blogje na. ‘Dan laat je dat toch een keertje zitten, het is vakantie’, oppert Bernard. Maar dat zou de eerste keer in vijf jaar trouwe dienst zijn. Dat is mijn eer te na. Al heb ik op dit moment nog geen idee waar ik de inspiratie vandaan moet halen. Of komt dat misschien omdat ik helemaal ondergedompeld ben in de inspiratie? Want zeg nu zelf: verblijven in een idyllisch dorpje op het Franse platteland waar de vogels zich nog vrij voelen om de hele dag te kwetteren en de wilde lavendel en oregano overal uitbundig bloeit. In Nederland moet je naar de winkel voor een potje oregano. Hier pluk je het van de grond en gaat het rechtstreeks in de macaroni.                                                                   

Komt het door het zonnige klimaat of door het karakter van de Fransen? Of hebben die twee simpelweg met elkaar te maken? Ik heb een soort ‘laissez faire’ gevoel over me gekregen. En eigenlijk is dat best fijn. Misschien heeft Bernard gelijk en sla ik een keer over. Het is vakantie!

maandag 5 juli 2021

Werk(en)

In de jaren dat wij als gezin in Kenia woonden kregen we geregeld veel bezoek. Vanwege het werk voor MAF (Mission Aviation Fellowship) kwam dat bezoek overal vandaan. Er was dan altijd een rondleiding in de hangar van MAF op Wilson Airport, één van de vliegvelden van Nairobi. En vaak ook kwam het bezoek bij ons eten ’s avonds. Mensen hingen aan Bernards lippen als hij vertelde over het werk voor MAF, over zijn reizen door Oost- en Zuid-Afrika, over zijn boeiende en veelzijdige baan. En dan steevast aan het einde van zo’n gesprek werd er naar mijn kant gekeken. Ik had inmiddels de tafel afgeruimd, de afwasmachine gevuld en was bezig met de koffie na de maaltijd.

‘En Margriet: wat doe jij?’ Eerst grapte ik dan: ’Oh, ik ben touroperator en gastvrouw’. Want ik had was degene geweest die de gasten door het hectische verkeer in Nairobi had geleid. Een baan op zichzelf. En ik had boodschappen voor het eten gedaan en gezorgd dat het huis tiptop leek voor onze gasten. Maar later irriteerde mij die vraag. Ik was notabene druk in de weer voor mijn gezin en voor hen. Wat wilden ze nog meer van mij? Eigenlijk wist ik dat wel, ze wilden ook van mij een of ander mooi verhaal. Over een  bediening in een sloppenwijk bijvoorbeeld. Maar daar ben ik nooit aan begonnen. Als mensen mij dus vroegen: ‘En Margriet, wat doe jij?’, antwoordde ik: ‘Niks’. Als mensen me dan verbaasd aankeken zei ik: ’Ik leef.

’Ook in Nederland krijg ik vaak te horen: ’Oh, heb jij geen baan?’ Met ‘baan’ wordt betaald werk bedoeld. Sinds ik met Bernard getrouwd ben heb ik zelf geen baan. Maar geloof het of niet, nu ik dat laatste heb opgegeven heb ik meer werk dan ooit tevoren!