Zacheüs was een rijke hoofdtollenaar in de tijd dat Jezus door Israël trok. Een belastingambtenaar. Naast zijn beroep wordt over hem verteld dat hij
mensen afperste en dat hij klein van stuk was. Dus een miezerig klein mannetje
in mijn beleving.
Maar dat miezerige kleine mannetje wilde intussen wel
weten wat voor iemand Jezus was. Kinderbijbelkenners weten allemaal hoe hij dat
aanpakte: hij klom in een vijgenboompje omdat het hem anders niet lukte. Heel
aandoenlijk: je ziet hem rennen op zijn korte beentjes: gauw die boom -die
eigenlijk meer een struik is- in voordat Jezus weer verder is getrokken. Maar
als Jezus dan voorbij komt blijft hij staan en roept:”Zacheüs, kom vlug
naar beneden, want vandaag moet ik in jouw huis verblijven!” En dan blijkt dat Zacheüs echt weten wil wie
Jezus is want hij is helemaal overrompeld en ontvangt Hem in zijn huis.
Zacheüs was nooit iemand met
wie ik mezelf graag identificeerde. Totdat ik begreep dat hij iets doet wat ik
vreselijk moeilijk vind: hij ontvangt Jezus in zijn huis. In zijn leven. Hij
deinst daar niet voor terug. Hij blijft niet op een afstand zijn mening over
Jezus vormen. Hij wil Jezus echt ontmoeten en met Hem spreken. En die
ontmoeting heeft grote gevolgen. Wat er allemaal tussen hen besproken is weten
we niet maar wel is duidelijk dat zijn leven er radicaal door verandert. Hij
wordt van een afperser een gulle gever.
Het miezerige kleine mannetje wordt een
‘zoon van Abraham’. Dat is de eretitel die Jezus hem geeft. Een titel die menig
Jood graag wilde hebben. Want Abraham was allesbehalve een miezerig klein
mannetje, Abraham was het grote voorbeeld voor elke Jood: hun aartsvader die
zijn hele leven lang alleen op God vertrouwd had.
Wat een echte ontmoeting met
Jezus al niet kan doen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten