Zodra
je de tv aanzet hoor je over ‘het nieuwe normaal’: het andere leven dat we
moeten leiden als gevolg van het Coronavirus. Anders dan we gewend waren. In
Nederland waren veel mensen heel veel gewend. Daarover schreef ik vorige week
en ik dacht toen dat ik uitgeschreven was. Maar tot mijn grote verrassing
kwamen ik de terminologie tegen op een plek waar ik het niet verwacht had. Niet
tijdens een tv-uitzending, niet via social media, niet over de radio maar in de
bijbel. Ik citeer letterlijk:
‘Jullie
mogen de wereld en alles wat daar normaal is, niet liefhebben. Want als iemand
de wereld liefheeft, dan is de liefde van de Vader niet in hem.
In
de wereld is het normaal om je eigen verlangens te volgen. Het is daar normaal
om alles wat je ziet, te willen hebben, en om op te scheppen over je bezit.
Zulk gedrag hoort bij de wereld, en niet bij de Vader.
De
wereld gaat voorbij. En ook het verlangen naar de dingen in de wereld gaat
voorbij. Maar wie doet wat God wil zal eeuwig leven.’ (Johannes 2:15-17)
Oef.
Dit raakte me. Ik heb namelijk veel eigen verlangens. Naar een mooie vakantie
bijvoorbeeld. Misschien komt dat er dit jaar niet van. Hoe ga ik daar mee om? ‘Je
eigen verlangens volgen’ betekent: ervoor zorgen dat die verlangens vervuld
worden: ‘Zulke gedrag hoort niet bij de Vader.’ Wat voor gedrag hoort
dan wel bij de Vader?
Ik heb de hele Johannesbrief er maar es op nagelezen en
ik kwam op één woord uit: naastenliefde. Ik geloof dat het waar is: als ik
alleen gericht ben op wat ik (met de klemtoon op ik) verlang dan ga ik snel aan
mijn naaste voorbij. En dat is niet normaal in Gods ogen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten