'We bellen alleen naar huis als er iemand
overlijdt, anders nooit.' Ik zag de verbijsterde blik in de ogen van mijn
moeder. We hadden zojuist ‘nou, tot morgen’ tegen mijn vader gezegd. Met een
brok in haar keel was mijn moeder de kamer uitgelopen. Kon dit wel? Mocht dit
wel? De man met wie ze 63 jaar lief en leef had gedeeld zomaar in de steek
laten. 'We gaan heel goed op hem passen hoor'', de verzorgende probeerde haar op
te beuren. 'Ook ’s nachts?', vroeg ze. 'Natuurlijk, we houden met een monitor
oog op hem.' Mijn moeder: 'Hij moet vaak om het kwartier naar de wc en daarbij heeft hij
steeds hulp nodig, beseffen jullie dat?'
Mijn vader werd vorige week opgenomen in een
verpleegtehuis omdat het te zwaar werd voor mijn moeder om voor hem te zorgen.
De situatie in hun huis in het bos in Ermelo kreeg het stempel ‘crisis’: dat
betekent opname binnen 24 uur ergens in Nederland. De dag erna brachten mijn
moeder en ik hem naar ‘Het Baken’, een woon-zorgcentrum voor ouderen in Elburg. De
naam voor dit huis is helemaal van toepassing, want als mijn moeder iets nodig
heeft in deze tijd is het een baken dat haar helpt om
veilig te navigeren op de zee van dementie. Het is een onbekende zee voor mijn
vader en ook voor mijn moeder en hun vijf dochters.
Ik heb de afgelopen vier jaar in de Westereen veel vrouwen leren kennen die me vertelden dat ze werken in een verpleegtehuis voor demente bejaarden. Ik nam het altijd voor kennisgeving aan. Nu ik van heel nabij mee mag maken wat dat werk inhoudt ben ik diep onder de indruk. Wat een taak om een baken te zijn voor echtparen die ronddobberen op de zee van dementie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten