maandag 1 mei 2023

Pole Sana

 

Vorige week maandag arriveerden we dan toch eindelijk in Kenia. Blij en opgelucht want ook deze keer was er een hindernis geweest: de lekke band van onze auto een paar honderd van ons huis. We waren net met  koffers en al in gestapt om naar het station te rijden. Het gebeurde vlak voor het huis van een vriend die naar buiten rende toen hij zag wat er gebeurde: ‘Stap maar gauw met jullie koffers in mijn auto, jullie móeten naar Kenia’. We haalden de trein naar Schiphol en ook het vliegtuig naar Kenia en landden de volgende dag 's middags op het vliegveld in Mombassa. Daar wachtte onze taxi en anderhalf uur later kwamen we op de plaats van bestemming in Ukunda aan. Achterin de taxi was ik oren en ogen tekort gekomen. Wat te denken van ‘Pas op, overstekende kamelen’, kris kras rijdende tuk tuks (bromfiets rick shaws), passagier busjes in fel beschilderde kleuren en overal prachtig geklede Afrikaanse vrouwen. Het voelde als een ‘trip down to memory lane’.

Maar een paar dagen later had zich een ander gevoel van mij meester gemaakt. Een ongemakkelijk gevoel. Een gevoel dat ik helemaal niet kende van de jaren die wij in Nairobi woonden. Ik begon te beseffen dat iedereen mij hier alleen ziet als een mzungu* bij wie je je hand mag ophouden. Het feit dat ik  meer dan tien jaar in Kenia woonde valt  nergens uit op te maken: ik heb de verkeerde kleur en spreek maar een klein mondje Swahili. In Nairobi hebben we een aantal Keniaanse vrienden voor wie het verschil tussen zwart en wit niks uitmaakt, maar Nairobi is ver van hier.

En toen kwam de omme slag, op een manier die ik van tevoren nooit had kunnen bedenken. Aan de kant van de weg, vlak voor een souvenir stalletje, struikelde ik over iets, viel achterover op de grond en kon niet meer overeind komen. Bernard en de eigenaar van het stalletje trokken me omhoog en zetten me op een stoel. Ik voelde me misselijk van de pijn en dat was van mijn gezicht af te lezen want de koopman pakte subiet een ketting van zijn plank die hij in mijn hand duwde: ‘Oh pole sana* mama, you get this one for free from me’. De rollen waren omgedraaid. Op weg naar het ziekenhuis vroegen mensen die zagen dat ik verbeten mijn hand omhoog hield: ‘What happened with your hand mama?’ En in de wachtkamer van het ziekenhuis was ik gewoon een van alle andere mensen die op behandeling wachten.

Nu loop ik al dagen met mijn gebroken pols in knalgroen gips en een arm in een mitella. Dat knal groene gips heeft de wandelende geldautomaat in een echt mens veranderd. En dat voelt vizuri sane.*

 

* blanke

* het spijt me zo

* heel goed

Geen opmerkingen:

Een reactie posten