maandag 2 oktober 2017

Later

Nynke, ons oudste kleinkind, was twee dagen en één nachtje bij ons. Het was geweldig. Zowel voor ons, als voor haar. Bernard is ‘opa Ben’ en ik ben ‘oma Margriet’. Ze vergiste zich een keertje en riep naar mij, terwijl ik in de keuken bezig was: ”Mama!” Ik kwam aanrennen en zei: ”Ik ben oma hoor, niet mama”. ”Nu ben je wel even mama”, was haar response. Ik begreep wat ze bedoelde, maar ze vergistte zich de komende dagen niet meer. Want ‘opa en oma’ zijn voor haar fascinerende wezens. Daar heeft ze er heel veel van, want ook allerlei overgrootouders leven nog: In Duitsland, Engeland, Kenia en Nederland. Wij wonen het dichtstbij, dus ons ziet ze het vaakst. Na die twee dagen onlangs zei ze tegen haar moeder toen ze weer thuis was:” "Als ik later een mevrouw ben en ik zoek een papa dan word jij de oma!" Dat was maar een mooi vooruitzicht voor haar moeder. 

Ik vind het natuurlijk prachtig om oma te zijn, het heeft alleen één nadeel: ‘later als ik groot ben’ is er niet meer. Want ik ben nu groot, groter dan Nynke zich kan voorstellen. Als je drie jaar bent ligt er nog heel veel ‘later’ voor je. Ook bij tien, twintig en zelfs dertig jaar is er nog later. Maar zo na je veertigste verandert dat. Ik spreek uit ervaring. Ik leef soms meer op herinneringen aan vroeger dan dat ik denk aan ‘later’. En dat is jammer. Heel jammer. Want een mens leeft (op) van (mooie) verwachtingen van de toekomst. Om die reden ben ik blij dat dit in de bijbel staat: “Mijn plan met jullie staat vast - spreekt de Heer. Ik heb jullie geluk voor ogen, niet jullie ongeluk: Ik zal je een hoopvolle toekomst geven.” (Jeremia 29:11) 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten