maandag 10 september 2018

Verloren.

Help: ik wil gevonden worden!

Daar lig ik dan, plat op mijn kant, weggerold onder de kast. Hier zal ze me nooit vinden. Ze heeft me niet eens horen rollen, maar ik voelde het met mijn hele lijf. En nu lig ik hier helemaal alleen, in het stof. Ik kan geen kant meer op, nu al negen dagen en nachten. Of is het tien? Ik ben de tel kwijt. Moet ik wachten tot ze gaat verhuizen en de kast wordt weggeschoven? Of mag ik hopen op een grote schoonmaak? Ik kan niks doen als ik op mijn kant lig.

Vroeg of laat hebben ze me nodig, in mijn lange leven heb ik dat wel geleerd. Soms raken ze je in geen dagen aan en opeens ga je van hand tot hand. Hoeveel handen hebben mij al niet vastgehouden? Oude versleten handen en kleine jonge handjes. Af en toe lig ik op een stapeltje met vrienden maar zoiets duurt nooit lang. “Geld moet rollen” hoorde ik eens een man tegen zijn vrouw zeggen. Ze heeft me zover laten rollen dat ik zoekgeraakt ben maar ze heeft het niet eens door, ze heeft nog negen anderen van mijn soort.

Opeens voel ik iets hards over me heen schuren en schuif ik een klein eindje op. Wat gebeurt er? De laag stof om me heen lijkt nog dikker te worden, maar dan wordt het licht. Ik knipper met mijn ogen: wat is dat? Ik merk dat ik word opgeschoven, van de muur af de kamer in. Het gaat heel voorzichtig maar mijn hart gaat tekeer als een razende:zou het echt zo zijn? Is ze naar me op zoek? Zal ze me vinden? Wat verlang ik ernaar om weer vastgehouden en gebruikt te worden!

(Vrij naar Lucas 15:8-10)


Geen opmerkingen:

Een reactie posten