maandag 2 januari 2017

Schone lei


Opgelucht stapte ik over de weg op zondag 1 januari. Het was koud, winderig en nat maar ik had ongelooflijk behoefte aan een frisse neus. Op 31 december zet ik namelijk nooit een voet buiten de deur want ik ben zo iemand die bang is voor vuurwerk. Dat had ik als klein meisje al. En zoals honden het ruiken als iemand bang voor ze is zo roken de kleine jongetjes in mijn omgeving mijn vuurwerkangst: zodra ik ergens verscheen vlogen de knallende rotjes me om de oren. 

Eigenaardig is dat: op 31 december is het drukte alom op straat en in de winkels, op 1 januari loopt er geen kip. Alleen ik dus, vanbinnen vergenoegd en blij dat het weer voorbij was. In de verte zag ik een man zijn stoepje schoonvegen. “Nou, lekker opruimen die troep he?”, knikte ik hem toe. “Ja, het geeft troep maar in de Westereen maken ze mooi vuurwerk toch?” Ik zag dat hij een loftuiting verwachtte maar hij was bij mij aan het verkeerde adres. “Nou, dat carbidschieten was nieuw voor me, maar mooi zou ik het niet noemen, het leken wel kanonschoten.” Het klonk afkeurend want ik kon er werkelijk niets moois over bedenken. 

Tot mijn stomme verbazing liet hij mij amper uitpraten: ”Carbidschieten is juist het allermooiste, die harde knallen geven helemaal aan waarom het gaat!” “Hoe bedoel je”?”, stotterde ik. “Nou, je knalt het oude jaar vol moeilijke dingen van je af, en dat moet ook anders kun je niet met een schone lei opnieuw beginnen. Hoe harder de knallen, hoe meer je beseft dat dit jaar voorbij is en het gelukkig nooit weer terugkomt.

Met een hele nieuwe visie op vuurwerk liep ik terug naar huis….


Geen opmerkingen:

Een reactie posten