Slechts
twee dagen in het jaar zijn de kerkbanken in Nederland vol: in de Kerstnacht en
op eerste Kerstdag. Voorgangers weten dit en velen probeerden vorige week die
ene goede preek te maken waar veel mensen het het hele jaar mee moeten doen.
“Is toch mooi, dat kindje in de kribbe, die kerstboom, al die lichtjes en
zoveel mensen samen. Kerst verbroedert. Ik houd van de Kerstgedachte. Vrede op
aarde, zelfs in oorlogstijd.” Zomaar een greep uit dat wat mensen met Kerst
naar de kerk brengt.
Alles draait om het Kerstkind. “Met Kerst vieren we de
geboorte van Jezus”: zelfs mensen die nooit naar de kerk gaan weten dat en geboortefeesten
zijn de mooiste die er bestaan. “Kraamfeesten”, heten ze in Nederland. Als er
een baby geboren is gaan we op ‘kraambezoek’ of sturen een mooi -blauw of roze-
feestelijk kaartje ter ere van het nieuwe kindje. Niks is zo vertederend en
ontroerend als een pasgeboren baby. Niet verwonderlijk dus dat zoveel mensen
naar de kerk gaan met Kerst, op kraambezoek gaan is altijd fijn.
Wel
verwonderlijk is het dat veel mensen na dat kraambezoek eigenlijk alle
interesse in deze baby verliezen. Ze vragen zich nooit af wat voor mens zich
uit dat kind heeft ontwikkeld, laat staan wat die mens, Jezus Christus voor hun
eigen leven zou kunnen betekenen. En dat is jammer. Heel jammer. Want Jezus als
volwassen mens was de meest bijzondere mens die ooit op aarde leefde. “Wil je
Mij volgen?”, is zijn vraag aan iedereen, overal ter wereld. Op kraambezoek
gaan is één ding, bij Hem blijven en Hem volgen is iets heel anders. Maar ieder
mens die dat aandurft: het Kerstkind adopteren, bij Hem blijven het hele leven
lang, zal zich werkelijk verwonderen over wat dat kind te brengen heeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten