“Oprechte
christenen kunnen kerk en geloof niet combineren”, las ik in een artikel van
Remmelt Meier. Eén van de redenen waarom veel mensen een - evangelische of
reformatorische – kerk verlaten is dat ze die kerk te veroordelend én te hypocriet
vinden. Dat bezwaar tegen kerkmensen hebben overigens ook mensen die nog nooit
lid van een kerk geweest zijn: Christenen zijn hypocriet en veroordelend.
Als
‘kerkmens’ en als christen begrijp ik dat bezwaar heel goed. En ik geloof dat
het terecht is. Want kerkmensen zijn vaak veroordelend en hypocriet. Maar
daarin verschillen zij niet van anderen. Een Nederlander staat er wereldwijd om
bekend altijd zijn heel eigen individuele oordeel over dingen te hebben.
Iedereen be- en veroordeelt iedereen in Nederland. (Om die reden was het zo
moeilijk om een nieuw kabinet te vormen, om die reden hebben wij het
poldermodel uitgevonden: Eindeloos met elkaar praten om de oordelen en de
verschillen enigszins uit de weg te ruimen.)
Wat betreft het hypocriete ligt
het een beetje anders. Hypocriet zijn betekent letterlijk ‘een toneelspeler
zijn’. Je anders voordoen dan je bent. Sommige mensen verlaten de kerk omdat ze
niet meer tegen het ‘toneelspel’ van bepaalde kerkgangers kunnen. Maar
toneelspelen is inherent aan het leven van een christen. Een christen is
namelijk iemand die Jezus Christus “nadoet.” Ik ben zelf Jezus Christus niet,
maar ik probeer wel zo te spreken en te handelen als Hij het deed. Daarin
schiet ik vaak tekort, dan speel ik mijn rol dus niet goed. Met vallen en
opstaan gaat het gelukkig steeds een beetje beter. De vraag waar het allemaal
om draait is: besef ik dat mijn medechristenen ook -met vallen en opstaan-
bezig zijn om Jezus Christus na te
volgen? Veroordeel ik mijn mede-kerkganger of help ik hem weer op te staan als
hij gevallen is?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten