maandag 9 september 2019

Gastvrij


Maria en Martha: wie kent ze niet? Die twee zusters in het Nieuwe Testament. De ene de bedrijvige, de ander de passieve. Een openhartige vriendin fluisterde mij eens toe: “Die Maria stoort mij altijd, zo gedwee zoetig in haar kleine hoekje. Geef mij maar de stoere Martha. Onbegrijpelijk dat Jezus haar terechtwijst.” Onlangs zei een ander: ”Wij vrouwen zouden moeten bestaan uit een combinatie van Martha en Maria”. Ook iemand die blijkbaar niet uit de voeten kan met Maria. 

Jaren geleden woonde ik als student in Groningen met een echte Maria. Ze heette Ali, maar in haar doen en laten was het Maria: ze ging er nooit op uit, zat altijd in haar kamertje. Te bidden en bijbel te lezen. Van de weeromstuit ging ik er wel vaak op uit en nodigde altijd zoveel mogelijk mensen uit voor het eten om maar niet alleen met haar te hoeven zijn. Diep in mijn hart keek ik op haar neer,  want zeg nou zelf: gastvrijheid is toch de christelijke deugd bij uitstek?

“Martha ontving Jezus in haar huis.” Zo begint het gedeelte. Jezus trok namelijk rond en had zelf geen huis. Dus Martha bood logies en ontbijt en diner. Ze stelde haar huis open voor Jezus (en zijn twaalf leerlingen.) Martha was een Oosterse vrouw en dus gewend om dergelijke dingen te doen. Toch is ook in het Midden-Oosten dertien mensen aan tafel niet niks. Maar Martha geloofde dat Jezus niet de eerste beste rabbi was. Ze had naar zijn preken geluisterd en wonderen meegemaakt en ze was er misschien wel trots op ook dat Jezus bij haar wilde logeren.

En toch…Ergens ging er iets mis. Martha mocht dan wel de gastvrouw zijn, echt gastvrij in de meest letterlijke zin van het woord was ze niet.

(Wordt vervolgd)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten